De basis voor een gezond leven, deel 3: een gezonde manier van telen

De basis voor een gezond leven, deel 3: een gezonde manier van telen foto

Conclusie uit de voorgaande blogs: over een aantal dingen lijkt iedereen het eens te zijn. We moeten veel groente en fruit eten en dat graag in veel verschillende soorten en zo vers mogelijk. Hoe langer het duurt voordat fruit en groente van het land op ons bord komt, hoe minder vitamines en mineralen erin zitten. Het is dus zaak om de tijd die verstrijkt tussen productie en consumptie zo kort mogelijk te houden. Dat is niet altijd overal even makkelijk en daarom is het fijn dat we tegenwoordig methodes hebben om verse groentes meteen te conserveren en bewaren.

Ingevroren groentes, mits er geen toevoegingen in zitten, zijn daar een goed voorbeeld van. Indien verse groentes en fruit echter beschikbaar zijn hebben die altijd de voorkeur. Een eigen moestuin is het summum, terwijl rode kool uit blik het minst aan te raden is. In die eigen moestuin kun je dan meteen vergeten groentes zetten, want de selectie in de supermarkt wordt helaas steeds beperkter.

Voor gezonde gewassen is een gezonde bodem nodig

Dan is er nog de kwestie van de manier van telen. We putten al jaren de bodem uit. Dit doen we door elke keer maar één soort plant op een groot oppervlak te planten, ervoor te zorgen dat al het andere dat op die akker leeft dood gaat en aan het einde van het jaar dat stuk land kaal geoogst achter te laten. Die ene plantensoort heeft dan wel alle voedingsstoffen uit de grond gehaald, maar we laten er niets voor achter. Geen andere planten en dieren, geen noemenswaardige resten van de oogst, alleen kale grond met weer minder voedingsstoffen voor de toekomst.

Dit lossen we op door kunstmest en gier op het land te verspreiden, wanneer we het volgende groeiseizoen weer een enkel gewas op hetzelfde veld willen zetten. Kunstmest en gier bevatten echter lang niet alles wat een gezonde bodem en de daarop groeiende planten nodig hebben. Het gevolg: een steeds armer wordende bodem. Dat is één van de redenen waarom de gewassen steeds minder voedingsstoffen bevatten. Hierdoor moeten wij zulke grote hoeveelheden van een gewas gaan eten om aan de nodige stoffen te komen, dat het bijna niet meer te doen is.

Jaar na jaar eroderen wij de aarde verder

Daarnaast verliezen we op deze manier het vruchtbare deel van de akker door erosie. Omdat we het een groot deel van het jaar kaal laten liggen – vaak juist in dat deel van het jaar dat het weer het heftigst tekeer gaat – spoelt en waait het er stomweg af. We gaan er overheen met steeds grotere en zwaardere machines waardoor we het aanstampen. Waar een bodem teveel wordt aangestampt, groeit niets meer. Kijk maar naar een onverharde weg. De delen waar de banden overheen gaan, de bandensporen, blijven na verloop van tijd helemaal kaal, terwijl in het midden en aan de kanten planten groeien.

Waarom we dat zo doen? Omdat we geen connectie meer hebben met het land. Omdat we onszelf niet meer zien als een deel van de aarde, maar de aarde zien als iets dat wij naar wens kunnen vormen. Omdat we denken dat we slimmer zijn dan het natuurlijk ecosysteem. We hebben dit systeem bedacht, zagen in eerste instantie geweldige oogsten en klopten onszelf op de schouder.

We luisterden niet meer naar ons gezonde verstand, dat ons had kunnen vertellen waarom alles normaal gesproken door elkaar heen groeit. Alles helpt elkaar zo gezond en groot mogelijk te worden. De natuur zit vol mechanismes die ervoor zorgen dat alles optimaal werkt. Toen we dit doorbraken hebben we een neerwaartse spiraal in gang gezet. Door het eenzijdig beplanten van akkers werden gewassen gevoeliger voor ziektes en plagen. Dat losten we op door gif te spuiten.

Wat een klein diertje doodt, kan uiteindelijk ook een groot dier doden

Het overgrote deel van wat er in onze winkels ligt is bespoten met pesticiden. Dat is een chique woord voor gif tegen alles wat we schadelijk of hinderlijk vinden en tussen en op onze gewassen leeft. Het doodt alle ongewenste dieren op de gewassen en alle ongewenste planten tussen de gewassen. Ons wordt verteld dat het niet schadelijk is voor de volksgezondheid. Gezond verstand vertelt mij echter dat wat een klein diertje doodt mij in grotere hoeveelheden net zo goed zal doden.

Een ander woord voor pesticide is biocide, oftewel leven-doder. Dat zegt genoeg, toch? Natuurlijk zijn er richtlijnen voor wat gevaarlijk is en wat niet, maar veel gewassen zitten regelmatig net onder de maximale hoeveelheden. En het is niet zo dat we maar één soort gewas eten, maar we eten er meerdere en stapelen zo de hoeveelheid pesticideresten die we binnen krijgen. Ondertussen is door metingen gebleken dat mensen, ondanks zorgvuldig wassen van groenten en fruit, veel pesticiden binnen krijgen. Dus waarom onbespoten niet de standaard is? Geen idee. Mijn onderbuik en mijn ervaring als genezer zeggen me in ieder geval, dat waar er een keuze is je beter voor zelf geteeld of tenminste biologisch kunt gaan. Dat is gewoonweg logisch.

Even een samenvatting

Dus wat hebben we nu besproken? Balans in koolhydraten, vetten en eiwitten, verstandig omgaan met vet, niet teveel suiker, veel groente en fruit en alles zo gevarieerd en puur mogelijk. Dat is de basis. Dan is er natuurlijk de belangrijkste vraag: wat zijn de behoeftes van jouw lichaam?

Ik schreef al eerder dat er niet zoiets bestaat als een standaard gezond voedingspatroon. Tijdens mijn jaren als therapeut zag ik dat in de praktijk. Waar de één het heel goed deed op alleen koolhydraten uit groente en fruit en relatief veel eiwitten en vetten, had de ander meer baat bij een gemiddeld dieet en weer een derde had gewoon echt meer koolhydraten nodig.

Van voeding in het algemeen naar voeding voor jou

Hoe we daar mee omgingen? In de begintijd van mijn praktijk vond ik dat soms wel lastig. Ik was opgeleid vanuit een bepaalde kijk op voeding en m’n hoofd zat me af en toe een beetje in de weg. Maar ik had al snel door dat al die verschillende mensen met verschillende achtergronden en geschiedenissen toch echt allemaal net anders in elkaar staken. Na een tijdje kon ik aardig voorspellen, door de klachten en de mens die ik voor me had, waarmee we zouden moeten beginnen en dan stuurden we naar behoefte bij.

Het is ontzettend logisch dat er geen standaard dieet bestaat. Door de tijd heen verspreidde de mens zich langzaam maar zeker over de aarde en moest het lichaam zich aanpassen aan de omstandigheden van het klimaat waarin het terechtkwam. De omstandigheden in het noorden van Scandinavië zijn bijvoorbeeld radicaal anders dan die in hartje Afrika. Minder zon, meer kou, waardoor er andere voedingsmiddelen beschikbaar waren. Die slimme lijven moesten zich wel aanpassen om niet uit te sterven. En ergens anders waren de bedreigingen weer anders. Het resultaat is dat er overal ter wereld verschillende toleranties en intoleranties zijn ontstaan en lichamen die het beter doen op steeds weer andere leefomstandigheden en voedingspatronen.

Vraag jezelf af: waar komt mijn lichaam vandaan?

In de recente geschiedenis zijn al die mensen met al die verschillende optimale diëten weer de hele wereld overgegaan en hebben ze zich met elkaar vermengd, waardoor de standaard niet eens meer te bepalen is op grond van locatie. Kijk maar eens op straat naar al die verschillende huidskleuren die vertellen over verschillende achtergronden. Daar valt bijna geen wetmatigheid meer aan op te hangen als het om eten gaat.

Eén regel blijft altijd wel en dat is dat al het eten zo puur en onbewerkt mogelijk moet zijn. We hebben tot voor kort immers nooit uit pakjes gegeten. Ons lichaam is gemaakt voor en door puur en onbewerkt voedsel. Het lastigst vind ik zelf momenteel dat we in ons gezin met z’n vieren zijn en dus een eetpatroon volgen dat voor vier mensen werkt en niet noodzakelijkerwijs ideaal is voor mezelf. We koken meestentijds wel met pure ingrediënten, zo vers en onbewerkt mogelijk. En we eten wanneer we honger hebben, drinken wanneer we dorst hebben en nemen de tijd om de maaltijd rustig te nuttigen, zodat we de signalen van ons lichaam ook opmerken.

Meer over dit onderwerp in het volgende blog…